Al meer dan een halve eeuw geleden verscheen er in 'Men's Wear' een rake typering over het mannelijke ondergoed: 'Underwear should have the grace of Apollo, the romance of Byron, the distinction of Lord Chesterfield and the ease, coolness and comfort of Mahatma Gandi.' Aan het begin van deze eeuw zit een groot deel van de mannen nog vastgebakken aan omvangrijk en zwaar wollen ondergoed. Mede onder invloed van de ontwikkeling van de badmode verschijnen aan het begin van de jaren dertig de eerste katoenen ondergoedjes. Vlak na de Tweede Wereldoorlog komt Jockey met - voor toen - gewaagde modellen maar het zou tot aan het begin van de jaren tachtig duren voordat ontwerpers van naam zich op de 'designer underwear' storten. Ralph Lauren houdt het aanvankelijk vrij decent, Calvin Klein en de Griekse ontwerper Nykos maken een modellenlijn waarin hagelwitte knevelslipjes niet ontbreken. Maar inmiddels beleven de 'tank suits' die een halve eeuw geleden ook op het strand in zwang waren een revival. Sommige modellen van Calvin Klein, Tommy Hilfiger en Ralph Lauren hebben zelfs weer met elastiek uitgevoerde pijpen en omvatten een groot deel van de dij. Calvin Klein verwoordt de grote broekentrend met een modieuze slagzin: 'Extreme bareness is not as fashionable as before.'
Een model dat zich sinds 1930 ongeschonden heeft gehandhaafd is de boxer short. Deze variant, die letterlijk komt overwaaien uit de boksring, is wat betreft materiaal en snit vrijwel onveranderd gebleven. Er is tegenwoordig een tendens naar wat kleinere en minder wijd gesneden modellen. Het Napolitaanse overhemdenmerk Luigi Borrelli heeft een handgemaakte lijn die is afgewerkt met parelmoeren knoopjes. Ook het Milanese hemdenmerk Lorenzini heeft zich tegenwoordig toegelegd op boxer shorts in sea island katoen met een ingenieuze knoopsluiting waarmee verschillende standen zijn in te stellen. Het meeste keus in kleuren en streepjes bieden de shorts van, alweer een hemdenmaker, het Londense Turnbull & Asser.
199804